- De vergroening van woningen is ingezet, maar het duurt nog tot 2055 voordat de gemiddelde koopwoning energielabel A heeft, becijferde dataverzamelaar Calcasa.
- Sinds 2015 is een energielabel bij verkoop van de woning verplicht. Label G is het slechtst, label A++++ het best.
- Flevoland heeft de meeste woningen met A- en B-labels. Zeeland scoort het slechtst.
Nederlandse woningen zijn aan het vergroenen, maar met het huidige tempo heeft de gemiddelde woning pas een A-label in 2055.
Dat meldt dataverzamelaar voor onroerend goed Calcasa in zijn kwartaalbericht.
Sinds 1 januari 2015 is bij verkoop van een woningen een energielabel verplicht dat laat zien hoe energiezuinig de woning is. De minst zuinige woningen krijgen een G-label terwijl de zuinigste woningen met een A en vier plussen worden aangeduid.
Lees ook: Geen energielabel bij de verkoop van je huis? Dan krijg je voortaan direct een boete van 170 euro
Daarmee speelt het energielabel een rol in de verduurzaming van de woningvoorraad die de Nederlandse overheid op de agenda heeft staan. In het Klimaatakkoord heeft het kabinet afgesproken dat in 2030 1,5 miljoen bestaande woningen worden verduurzaamd en in 2050 moeten 7 miljoen woningen van het aardgas af zijn.
Huizenbezitters kunnen de woning verduurzamen en dus hun energielabel verbeteren met verschillende maatregelen, zoals betere isolatie, zonnepanelen en een warmtepomp.
Lees meer: Je huis verduurzamen: waar begin je? Dit zijn de meest effectieve maatregelen en dit kost het
Van de 7,7 miljoen woningen in Nederland hebben 4,6 miljoen woningen op dit moment een definitief energielabel, wat neerkomt op 60 procent, becijferde Calcasa. Het energielabel is alleen verplicht bij transactie. Daarom is nog niet ieder huis voorzien: 4 op de 10 huizen heeft nog geen energielabel.
Het aantal woningen met energielabel neemt wel sterk toe, toont de onderstaande grafiek.
De 4,6 miljoen woningen met energielabel worden ook steeds groener, constateert Calcasa. Ruim 1,3 miljoen woningen hebben een definitief label A, wat neerkomt op 30 procent van het totaal aantal geregistreerde energielabels. Ook het aantal B-labels neemt toe terwijl de D- en E-labels naar verhouding afnemen.
Was het label van de gemiddelde Nederlandse woning 10 jaar geleden nog D, nu ligt het tussen de B en C.
Ongeveer 1 miljoen woningen zijn sinds de invoering van het het label minimaal één stap omhooggegaan, ziet Calcasa. Daarbij ging 40 procent van de woningen van een B naar A. 16 procent van de woningen verduurzaamden drastisch en gingen op transactiemomenten van G naar A.
A-labels per provincie
De energieprestatie van de woningvoorraad is verschilt sterk per provincie, blijkt ook uit het onderzoek van Calcasa. De onderstaande tabel toont het aantal A- en B-labels in 2020 ten opzichte van 2015, het jaar dat het verplichte energielabel werd ingevoerd.
Flevoland is de provincie met de meeste A- en B-labels. Het gebied is tussen 1950 en 1968 ingepolderd en er staan relatief nieuwe woningen met een betere energieprestatie.
Sinds 2006 moeten nieuwbouwwoningen aan strengere eisen voldoen wat betreft energiezuinigheid waardoor deze huizen altijd een A-label scoren.
De provincies Zuid-Holland en Limburg staan er het beroerdst voor. Slechts 20 procent van de woningen in deze provincies heeft een A-label. Ook Zeeland heeft nog een lange weg te gaan. Het aantal A-labels in deze provincie nam met 6 procent het minst toe in de afgelopen vijf jaar.
Zo lang duurt het voordat alle woningen A-label hebben
Calcasa heeft berekend hoelang het duurt voordat alle woningen in de provincies een A-label hebben, op basis van het tempo waarin de vergroening van woningen de afgelopen vijf jaar is opgerukt.
De kaart hieronder toont het jaar waarin de woningvoorraad per provincie is voorzien van een A-label.
De 'groenste' provincie Flevoland is er in 2035 het vroegst bij, schat Calcasa. Zeeland doet er wat langer over. De provincie zal als het in dit tempo doorgaat met de overgang naar A-labels pas in 2090 klaar zijn.
Ondertussen is het effect van het energielabel op de woningmarkt nog niet zo relevant als de overheid had gehoopt. De huizenprijzen zijn de afgelopen maanden het sterkst gestegen in 20 jaar tijd en het aanbod is krap. Het geringe aanbod en de lage rente hebben een groter effect op de woningwaarde, constateert Calcasa.
Dat betekent niet dat het energielabel helemaal geen effect heeft. Calcasa vergeleek in 2018 het prijseffect van vergelijkbare woningen met een beter label. De woningen met een beter energielabel hadden toen een verkoopprijs die 2 procent hoger lag.
Dat verschil is inmiddels toegenomen tot 4 procent. Een huis met de gemiddelde woningwaarde van 378.000 euro brengt dus gemiddeld 14.000 meer op met een goed energielabel.
Lees meer over het energielabel voor woningen:
- Een energielabel kost nu een paar euro, in 2021 stijgt dat naar gemiddeld €190 – vraag er daarom dit jaar nog een aan, adviseert VEH
- Huiseigenaar denkt dat energielabel A €22.000 aan verbouwing kost
- 8 vragen over de ‘gebouwgebonden financiering’, de lening voor energiebesparende maatregelen die aan de woning blijft kleven
- Korting op je hypotheekrente met A-label voor energie: de financiële prikkel is behoorlijk mager